Doelgroep LVB+
Mensen met een LVB hebben een IQ van 50 tot 85. Dat wil zeggen dat het denkvermogen vergelijkbaar is met jongeren tussen 6 en 16 jaar. Bovendien ligt het niveau van de emotionele ontwikkeling vaak lager dan je op basis van het IQ zou verwachten. De term LVB gaat over een brede doelgroep. Naar schatting zijn er in Nederland ongeveer 1,1 miljoen mensen met een LVB.
Wanneer naast LVB ook sprake is van psychische en psychosociale problemen spreken we over LVB+. Denk bijvoorbeeld aan LVB in combinatie met ADHD, hechtingsproblematiek, agressie, psychosegevoeligheid, eenzaamheid, drugs- en alcoholgebruik, schulden, criminaliteit en/of het ontbreken van een netwerk. Vaak ervaren zij problemen op meerdere levensgebieden, zoals werk, financiën of sociale omgang. Hoeveel mensen met LVB+ er precies zijn, is niet bekend. De schatting is dat 30-50% van de mensen met een LVB ook kampt met psychische en/of psychosociale problemen.
LifeWise en de doelgroep LVB+
De samenleving wordt steeds complexer en daardoor komen mensen met LVB+ vaak voor grote uitdagingen te staan, vooral in hun jongvolwassen periode. LifeWise draagt bij aan de kwaliteit van de hulpverlening door de heldere en overdraagbare werkwijze. Het resultaat is een beter toegeruste professional, betere begeleiding met als doel een beter leven voor de cliënt.
Begeleiding van mensen met LVB+
Ik neem ze serieus. LVB-ers willen eigenlijk hetzelfde als ‘normale’ mensen. Ik luister naar hun wensen. Samen onderzoeken we in hoeverre dit mogelijk is. Je staat voor ze klaar en je vangt ze op wanneer ze toch een teleurstelling ervaren, maar ze hebben het dan toch geprobeerd! Op deze manier komen ze er zelf achter dat dit misschien niet iets voor hen is. Dat vind ik beter dan er op voorhand tegen hen wordt gezegd dat ze het niet kunnen.
Ik hoor vaak dat ze het sterk van ons vinden dat wij niet zomaar opgeven. Wij hebben een lange adem en stoppen niet na een paar afzeggingen. Als een cliënt zich bijvoorbeeld ziekmeldt voor een afspraak, maar als ik daaraan twijfel, dan ga ik wel eens langs. Ik bel dan aan en zeg dat ik me zorgen maakt omdat hij ziek is. Soms zwaait de deur dan open en blijk ik toch binnen te mogen komen.